Cultuurverschillen

Wat

Je praat over cultuurverschillen aan de hand van prenten.

Duur

2 uur

Voor wie

Ook geschikt voor groepen met gemengd niveau - analfabete deelnemers

Materiaal

Activiteit

Introductie

Laat één van de deelnemers op zijn vingers tot 3 tellen. Laat een aantal anderen dit ook doen. Gebruiken zij hiervoor dezelfde vingers? Waarom (niet)?

Spreid de verschillende prenten op de tafel uit.

Vertel als achtergrondinformatie: De Chinese kunstenares yang liu woonde lange tijd in Duitsland.  Zij ontwikkelde een boek waarin zij de volgens haar meest frappante verschillen tussen de oosterse en de westerse cultuur in beeld brengt.

Geef elke deelnemer een vraag. De deelnemer zoekt de prent die bij zijn vraag hoort. Lees de vraag voor als de deelnemer niet goed kan lezen. Of zet iemand die niet goed kan lezen samen met een sterke deelnemer.

Check of de deelnemers alle woorden begrijpen: Bijvoorbeeld het woord stiptheid.

  • Stel open vragen: Wat is stiptheid? (geen ja/nee vragen)
  • Laat de deelnemers elkaar helpen: Wie kan zeggen wat 'stiptheid' is?
  • Geef herkenbare voorbeelden en tegengestelden: 'Een voorbeeld van stiptheid: We spreken elke week op donderdag af om 10 uur. Ik ben er om 10 uur. Als ik om half elf kom dan is dit niet stipt. Stiptheid is doen wat we afspreken , op tijd komen, niet te laat komen.'
  • Probeer synoniemen: Ienamnd die stipt is, is punctueel.

Overloop alle vragen samen. Laat telkens 1 deelnemer kort antwoorden.

Praat over de prenten

Zet de deelnemers per 3 of 4. Geef enkele prenten per groep. Praat over de prent. Vergelijk met elkaar: Is dit voor iedereen hetzelfde? Is het anders? Waarom?

Als je klaar bent dan geef je de prenten door aan een volgend groepje. Hou telkens 1 prent bij waarover je een interessant gesprek voerde over een verschil.

Eindbespreking in grote groep: elk groepje vertelt over de interessantste/leukste discussie.

Let op

  • Voor sommige mensen zijn deze tekeningen te abstract: zij vinden interpretatie bijzonder moeilijk en beschrijven vooral wat zij op de tekening zien. Maar als de discussie vervolgens concreter wordt, kunnen zij meestal wél hun ervaringen inbrengen.
  • Dit is een oefening waarbij deelnemers vooral kunnen vertellen hoe zij, vanuit hun achtergrond, naar de wereld kijken en hoe zij denken dat de anderen kijken. Het is dan ook een oefening die aangeeft dat er geen juiste en foute manieren zijn om dingen te bekijken. Dat maakt dat iedereen de gelegenheid heeft om aan het woord te komen: je hoeft geen specifieke achtergrondkennis te hebben; jouw achtergrond is de juiste achtergrond!
  • Deelnemers zijn soms geneigd de blauwe kaarten te interpreteren als “het Westen”, en de rode kaarten als “al de rest”. Maak duidelijk dat de kaarten uitsluitend China met Duitsland vergelijken.

Bron: https://www.integratie-inburgering.be/sites/default/files/atoms/files/LG22__Oost-West%20wat%20is%20best_methode.pdf

 


www.nederlandsoefenen.be/antwerpen/meedoen