Je toont foto’s van dagelijkse activiteiten aan de deelnemers. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
De deelnemers overlopen wat ze allemaal doen op een dag. Spelenderwijs oefenen ze woordenschat over het huishouden, ontspanning, uitgaan, sporten, eten en lichaamsverzorging.
De deelnemers praten over dagelijkse routines en geven elkaar instructies om ze uit te voeren.
Je toont foto’s van emoties aan de deelnemers. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
Je toont foto’s en luistert naar geluiden. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal en een CD met geluiden. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
Je praat over eten en drinken aan de hand van foto's en ColorCards: Wat eet of drink je graag? Hoe maak je iets klaar?
Je toont foto’s van eten aan de deelnemers. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
Je toont foto’s van opeenvolgende activiteiten aan de deelnemers. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
Je toont foto’s waarop iets niet klopt. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.
Je toont twee foto’s waar op één foto iets is toegevoegd. Je brengt (nieuwe) woordenschat aan via foto’s op color cards of eigen materiaal. Je oefent met hen de nieuwe woorden in. Daarna geef je een opdracht zodat ze de woorden zelf gebruiken.